Boeren kerkhof Deurningerstraat

Het belang van de begraafplaats is gelegen in de eraan verbonden geschiedkundige herinneringen, de ligging ervan in de stad en de aanwezigheid van meerdere grafstenen met historische bekende Enschedese namen.
De toegangspoort is gedateerd Anno 1829 in een classicistische vorm weergegeven met zandstenen hekpalen, afgesloten met een bol.
Het "boerenkerkhof is een gemeentelijk monument.
In 1828 werd bij koninklijk besluit het begraven in kerken verboden. Begraafplaatsen mochten alleen nog maar buiten de bebouwde kom aangelegd worden. De gemeente Lonneker (waartoe dit deel van Enschede destijds behoorde) liet haar keus vallen op een perceel heidegrond aan de Korte Steeg (thans Deurningerstraat).
Het terrein stond onder de bevolking bekend als de "Klokkenkamp", welke naam terugvoert naar het feit dat op die plek, in 1523, 2 klokken werden gegoten voor de stadstoren van Enschede. Deze dienden ter vervanging van de oude klokken die bij de grote stadsbrand op 14 maart 1517 verloren waren gegaan. De grond was eigendom van de hervormde kerk. Uit de inkomsten van de verhuur aan de gemeente Lonneker kon o.a. het salaris van de predikant betaald worden. Op 1 januari 1829 werd de begraafplaats opengesteld; de kosten voor aanleg bedroegen f 540,-.
Omdat er veel plattelanders uit de gemeente Lonneker begraven werden kreeg de begraafplaats al gauw de naam van "Boerenkerkhof". Wegens gebrek aan ruimte werd in 1921 door de gemeente Lonneker uitgeweken naar de Westerbegraafplaats aan de Hengelosestraat. Daardoor nam het aantal begravingen op het "Boerenkerkhof" sterk af. De laatste begraving vond plaats in 1952. In 1954 werd het "Boerenkerkhof" voor begravingen gesloten.

Tekst: gemeente Enschede.

 

 

Twee door Jan Willem Berns gerestaureerde grafstenen ( juni 2016) foto: Jan Brummer

Van Jan Brummer ontvingen wij een interessante toelichting op de geschiedenis van het Boerenkerkhof aan de Deurnigerstraat.

BOERENKERKHOF – begraafplaats der gemeente Lonneker

Op 28 augustus 1827 kwam er een koninklijk besluit dat het met ingang van 1  1 januari 1829 in grotere steden (meer dan 1000 inwoners) verboden was om overledenen in en bij kerken te begraven. In veel steden, ook in Enschede, was de situatie als gevolg van ruimtegebrek onhoudbaar geworden; soms kwamen menselijke resten aan de oppervlakte wat tot onhygiënische toestanden en stankoverlast leidde. Het kwam voor dat menselijke resten aan de honden ten prooi vielen.

Besloten werd dat beide gemeenten, Enschede en Lonneker, een eigen kerkhof zouden krijgen.

De gemeente Lonneker benoemde een commissie bestaande uit burgemeester Willem Greve, wethouder Gerrit Vrijler en raadslid Herman Breteler die zich tot de Hervormede Gemeente van Enschede wendde met het verzoek om een terrein, groot ca. 1,5 bunder, genaamd De Klokkenkamp, gelegen aan de Korte Stegge (nu Deurningerstraat)  tegen een billijke prijs aan hen in erfpacht te geven. Op dit terrein werden in 1523 twee klokken gegoten voor de stadstoren die bij de stadsbrand van 1517 verloren waren gegaan.

Wilt u het volledige artikel lezen, klik dan hieronder.

Boerenkerkhof 21-06-2016