Het wettelijk stelsel van de monumentenzorg

In de Monumentenwet 1988 is geregeld hoe gebouwde monumenten (daaronder begrepen ‘groene’ monumenten) en archeologische monumenten aangewezen kunnen worden als wettelijk beschermd monument. De Monumentenwet 1988 heeft niet alleen betrekking op de aanwijzing van rijksmonumenten, maar ook op bescherming van stads- en dorpsgezichten en op de omgang met archeologische waarden en opgravingen.
Aanwijzing rijksmonumenten
Stads- en dorpsgezichten Vergunningen
 Het vergunningstelsel voor gebouwde monumenten – waartoe ook tuinen en parken worden gerekend – is sinds 1 oktober 2010 ondergebracht in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Hierin is het stelsel van de omgevingsvergunning opgenomen. Voor alle monumenten behalve de archeologische rijksmonumenten is een omgevingsvergunning vereist.
Zowel de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht als de Monumenten wet 1988 bevatten een vergunningplicht met betrekking tot onder meer het wijzigen, verstoren, slopen of verplaatsen van een beschermd monument. Het is strafbaar als deze activiteiten zonder vergunning worden uitgevoerd. Een vergunning moet vooraf worden aangevraagd. Voor gebouwde monumenten is bijna altijd de gemeente bevoegd om hierop te beslissen. Bij bovengemeentelijke belangen is dat de provincie of de minister van Infrastructuur en Milieu.
Omgevingsvergunning
 Wat betreft de gebouwde monumenten hebben gemeenten op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht een belangrijke verantwoordelijkheid voor de monumentenzorg. Zij hebben als taak om eigenaren en beheerders van monumenten te informeren en te begeleiden bij eventuele gewenste wijzigingen van hun monument(en).
Met de invoering van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht zijn diverse onderdelen van de Monumentenwet 1988 aangepast. Naast de overheveling van het vergunningstelsel voor gebouwde monumenten naar de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht zijn er nog enkele wijzigingen. Zo zijn de handhavingsbepalingen verhuisd naar hoofdstuk 5 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en is de strafbaarstelling geregeld in de Wet op de economische delicten.
Subsidie
De Monumentenwet 1988 vormt de basis voor de subsidieregelingen voor instandhouding en restauratie van rijksmonumenten. Daarnaast is een aantal beleidsregels vastgesteld met betrekking tot de uitvoering van de Monumentenwet 1988.
Wilt u weten wanneer u als monumenteigenaar een omgevingsvergunning van uw gemeente nodig hebt?  Klik dan HIER.

Boerderij Het Slim Enschede.

De bescherming van monumentale panden in Enschede.
In Enschede zijn veel historische c.q. monumentale panden op verschillende wijze beschermd. Er zijn ook verschillende aanduidingen die bepalen op welke wijze een monumentaal pand beschermd is.
1. Rijks monument.
Dit zijn gebouwen of andere objecten die om hun nationale cultuurhistorische waarde via een aanwijzingsbesluit van de minister zijn aangewezen als Rijksmonument op grond van de Erfgoedwet.
Bij onderhoud en restauratie van een monument krijgt de monumenteigenaar te maken met een aantal wetten en regels. De monumentenzorg is wettelijk geregeld in de Erfgoedwet. Het soort monument bepaalt onder meer welke wetten en regels er voor de monumenteigenaar gelden.
Meestal krijgt u dan te maken met de omgevingsvergunning die geregeld is binnen de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). U hoeft maar één vergunning aan te vragen voor al uw werkzaamheden. U hebt bovendien een vast aanspreekpunt bij uw gemeente.
Bij iedere wijziging aan een Rijksmonument monument is een omgevingsvergunning nodig en bij sloopwerk, het verplaatsen of verbouwen van het Rijksmonument zal de eigenaar daar ongetwijfeld bij stilstaan. Maar ook voor bijvoorbeeld het schilderen van de gevel in een andere kleur of het vervangen van historisch glas in een raam is er een omgevingsvergunning nodig.
Voor een aanvraag omgevingsvergunning klik HIER
Wat is mogelijk zonder vergunning?
Kleine en reguliere onderhoudswerkzaamheden kunt u zonder vergunning uitvoeren.
Vergunning-check
Gebruik de vergunning-check om te controleren of u een omgevingsvergunning of watervergunning nodig hebt of een melding moet doen. Klik HIER voor de vergunning-check.
2. Gemeentelijk monument.
Een pandeigenaar of andere belanghebbenden kunnen individueel of gezamenlijk bij de gemeente een aanvraag indienen voor het verkrijgen van de status van gemeentelijk monument.
De gemeente kan na interne advisering van de geïntegreerde welstand-monumentencommissie besluiten een bijzonder pand op de gemeentelijke monumentenlijst te zetten. Een gemeentelijk monument heeft geen nationale betekenis,
maar is wel van plaatselijk of regionaal belang. De gemeente legt haar monumentenbeleid vast in de gemeentelijke monumentenverordening en zal de aanvraag daarop toetsen. Het overzicht van gemeentelijke monumenten kunt u
aanvragen bij het erfgoedloket van de gemeente Enschede.
Voor iedere wijziging aan een gemeentelijk monument dient de eigenaar een omgevingsvergunning aan te vragen. Enkele voorbeelden hiervan zijn;
• afbranden, afkrabben of kaalhalen van oude verflagen;
• overschilderen in een andere kleur;
• volledig vernieuwen van ramen, kozijnen, hemelwaterafvoer, dakbedekking;
• aanbrengen van isolatieglas;
• volledig vernieuwen van metselwerk, voegen;
• gevelreiniging waarbij meer dan alleen water wordt gebruik, hydrofoberen;
• nieuwe aanplant met andere soorten of in een ander verband.
Ook voor aanpassingen aan interieuronderdelen met monumentale waarde, zoals stucplafonds of historische wandbekleding, is een omgevingsvergunning nodig.
Alleen bij kleine en reguliere onderhoudswerkzaamheden is er geen omgevingsvergunning noodzakelijk. Enkele voorbeelden hiervan zijn;
• overschilderen in dezelfde kleur;
• aanlassen van verrot kozijnhout;
• plaatselijk vervangen van hemelwaterafvoer;
• vervangen van delen van dakbedekking;
• plaatselijk inboeten van metselwerk/invoegen met dezelfde voeg;
• inboeten van beplanting met dezelfde beplanting in hetzelfde verband;
• gevelreiniging met water onder lage druk.
3. Gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht.
Wat is een beschermd stadsgezicht?
Ruim 400 gebieden in Nederland met een bijzonder cultuurhistorisch karakter zijn gekenmerkt als 'beschermd stads- of dorpsgezicht' en vallen daarmee onder het zogenoemde overgangsrecht in de Erfgoedwet. Panden binnen zo'n beschermd stads- of dorpsgezicht hebben echter niet automatisch de status van beschermd gemeentelijk monument.
Niet-monumentaal pand binnen stads- of dorpsgezicht
Wanneer uw pand zelf geen monument is, maar wel in een rijks beschermd stads- of dorpsgezicht staat, gelden andere criteria voor vergunning vrij bouwen.
Door de beschermde status blijft het historische karakter en de historische structuur behouden van gebieden die van algemeen belang zijn door hun cultuurhistorische
waarde. Bovendien wordt de waarde en het belang van deze cultuurhistorische gebieden en beeldbepalende gebouwen erkend.
Sinds 2012 wijst het Rijk geen nieuwe Rijks beschermde stads- en dorpsgezichten meer aan, met uitzondering van gebieden die nog in procedure zijn. Gemeenten houden in bestemmingsplannen voor bijzondere gebieden verplicht rekening met cultuurhistorie.
Een stads-of dorpsgezicht kan nog wel op gemeentelijk niveau als beschermd aangemerkt worden; dan gaat het om een gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht. Dit geldt voor gemeenten waar dit is vastgelegd in het gemeentelijk
beleid. Particulieren kunnen geen aanvraag indienen om een straat of een deel van dorp of stad aan te laten wijzen als beschermd stads- en dorpsgezicht. Bij ontwikkelingen binnen een stads- of dorpsgezicht moet rekening gehouden met de cultuurhistorische waarde. Elk beschermd gebied heeft hiervoor een eigen bestemmingsplan. Vergeleken met een gewoon bestemmingsplan is het gedetailleerder en gelden er strengere regels, zowel voor de bebouwde als voor de onbebouwde ruimte. Bovendien is voor een aantal bouwactiviteiten een vergunning nodig.
4. Cultuur historische waardenkaart Enschede.
Enschede beschikt sinds een aantal jaren over een digitale cultuur historische waardenkaart. In deze kaart van Enschede worden verschillende kenmerken aangebracht zoals: Rijksmonumenten, Gemeentelijke monumenten, bijzondere objecten, panden, infrastructuur en gebieden. De bezoeker van de kaart kan hier zien welke attentiewaarde wordt toegekend. Het kan dus zo zijn dat en pand geen monumentstatus heeft maar wel een hoge attentiewaarde. Deze panden met de aanduiding karakteristiek zijn beschermd tegen sloop of gedeeltelijke sloop. Dat wil zeggen dat een sloopvergunning vereist is op
basis van het bestemmingsplan. In de praktijk betekent dat dat bij een vergunningaanvraag voor verbouw van een karakteristiek pand de plannen voor advies worden voorgelegd aan het Monumentenloket. Daar wordt beoordeeld of de plannen het karakter van het pand voldoende respecteren, waarbij vooral getoetst wordt of het de hoofdvorm respecteert. Het gaat dus niet over de details. Al blijft het soms een grijs gebied wanneer iets een detail is en wanneer niet, iedere situatie is anders. De bescherming van een karakteristiek pand is anders dan bij een Rijks of gemeentelijk monument, waar vooral details belangrijk zijn evenals de noodzaak van vervanging/vernieuwing van materialen, interieur, etc. Een ander belangrijk verschil is dat vergunningsvrije onderhoudswerkzaamheden bij een karakteristiek pand ook vergunningsvrij zijn.
Een specifieke voorbeeld is Het Zuidkamp van de voormalige vliegbasis Twente. Hier heeft de stadsbouwmeester ook de rol van supervisor, voor zowel kavels met nieuwbouw als bestaande gebouwen. De meeste bestaande gebouwen hebben hier geen monumentale status.
Er geldt vanuit welstand een hoge beeldregie. En als panden zijn gewaardeerd als onderdeel van een ensemble, ligt de lat beduidend hoger. Dat wil zeggen dat de zichtbare gevels ten opzichte van andere gevels ook vanuit die hoge beeldregie
beoordeeld worden.
Klik HIER voor de cultuur historische waardenkaart.
Bronnen;
• Monumentenloket Enschede.
• Monumenten.nl
• Erfgoedwet.
• Cultuur historische waardenkaart Enschede.
• Monumentenverordening Enschede 2010

Theehuis G.J. van Heekpark.