Neo Rococo Poort begraafplaats Usselo
 Op een Holtink van de Usseler Geërfden in 1837 werd besloten tot het stichten van een zelfstandige kerkelijke gemeenschap tevens voorzien van een kerkhof.
In januari 1845 werd het kerkje in gebruik genomen gebouwd op het Hulschveldeken, een gemeenschappelijk stukje markegrond en daarbij werd ook een kerkhof werd aangelegd omzoomd met een haag. Er werd van dit kerkhof echter geen gebruik van gemaakt mogelijk omdat de grond hiervoor naar later bleek niet geschikt was. Daarnaast wilde men zich houden aan de nieuwe voorschriften niet in de kom van het dorp te begraven.
Op 23 april 1870 stelde de president kerkvoogd en wethouder van Lonneker Hermannus Nijhuis aan de vergadering voor het hooggelegen gedeelte van “Hulscherbroak” tegenover de kerk aan te kopen en in te richten als begraafplaats De man die zich zo bijzonder had ingezet voor de aanleg van een eigen begraafplaat, kerkvoogd en wethouder Hermannus Nijhuis werd op 30 oktober 1879 als een der eersten aldaar begraven. De oude poort van het kerkhof is historisch interessant met zijn zandstenen staanders, waarop de diverse symbolen van de door en vergankelijkheid en van de eeuwige wijsheid Gods in zijn handelen dwars door de dood.
 Als ingang wordt deze poort niet meer gebruikt maar gelukkig heeft men dit eenvoudig, historisch belangwekkende monument laten staan.

              

 
De poort belande uiteindelijk ruim 20 jaar op de schroothoop. In het toenmalig bekende weekblad de Boerderij vermelde dat er “iets in die geest” aanwezig was in Heveadorp. In de zomer van 1935 trokken de plattelandsvrouwen van Usselo naar Arnhem en werd ook een bezoek gebracht aan de Hevea Rubberfabriek. En passant werden op de plas nog even de poorten bekeken en men schrok van de ellendige hoop roest die zich daar in bijna 20 jaar had gevormd. De plattelandsvrouwen besloten toch om een gunstig advies uit te brengen aan de Heren Kerkvoogden in Usselo. Wat later trokken de heren Odink, ten Cate en Wissink “per as” naar Heveadorp en brachten de poort naar Usselo. Op 16 maart 1936 kon de nieuwe begraafplaats met haar waardige entree officieel in gebruik worden genomen.
De poort kwam op de lijst van Monumentenzorg met de aanduiding “afkomstig van het landgoed De Duno” wat dus onjuist is. Een oude truc bracht weer uitkomst namelijk een oproep in de Huis aan Huis krant in Oosterbeek met het verzoek om de poort te duiden. Mede met de hulp van de Archivaris van de gemeente Renkum, de heer Geert Maassen, kwam er een prachtige ansichtkaart boven water, afgestempeld op 1 september 1916, met daarop “onze” poort.
De poort van de huidige hoofdingang is voorzien van Jugendstil achtige bloem motieven. De top van de poort is voorzien van een fraaie rozet als een bloem in de knop.
Dankzij de verzameling van boekhandel Kluwer uit Oosterbeek is duidelijk geworden waar precies de poort had gestaan. Alle officiële stukken omtrent de aankoop van de poort zijn bij de bevrijding van Usselo op 31 maart 1945 door oorlogshandelingen verloren gegaan. De gegevens over de aanleg van de oude begraafplaat komen uit het Notulenboek van de Kerkvoogden van Usselo.
Bronvermelding; De heer H. Dalenoort. Boekhandel Kluwer Oosterbeek. De heer Wim Breukink, De heer Geert Maassen, Archivaris gemeente Renkum. Hervormde gemeente Usselo. De Sliepsteen.
Op de begraafplaats zijn nog enkele schelpenpaden te vinden
In 1934 werd de begraafplaats uitgebreid door een schenking van de Gebr. Bos en werd naarstig gezocht naar een waardige toegangspoort en die werd uiteindelijk ook gevonden. Een fraai werkstuk uit de smederij van de heer van de Sande uit Oosterbeek.
De huidige statige toegangspoort is tussen 1908 en 1916 in bezit geweest van de toenmalige modelboerderij Huis ter Aa in Oosterbeek. Nijhuis kerkvoogd van de NH Kerk in Usselo en wethouder van de gemeente Enschede heeft zich op bijzondere wijze ingespannen voor de realisatie van het kerkhof. Ongelukkigerwijs overleed Hermannus Nijhuis op 25 oktober 1879 en werd hij als eerste overledene direct naast de oude poort op het kerkhof begraven.
Sommige paden van het oude gedeelte van het kerkhof zijn nog voorzien van schelpen. Deze natuurlijke half verharding past uitstekend in de natuurlijke omgeving van het kerkhof. Helaas worden schelpen voor half verharding van paden in het oosten van het land niet of nauwelijks meer gebruikt.