Villa De Wiem  Hengelosestraat

Ludwig van Heek een bekende Enschedese textielfabrikant [1871-1931] bewoonde deze statige villa aan de Hengelosestraat. De villa, in neo - classicistische stijl gebouwd, is een ontwerp van de architect Karel Muller [1857-1942] . Architect Muller was eveneens de ontwerper van het Rijksmuseum in Enschede en de woonwijk Tuindorp in Hengelo.

De buitengevels van de stadvilla van van Heek zijn bekleed met Bentheimer zandsteen en voorzien van fraaie guirlandes.

De villa is in 1903 gebouwd in de plaats van de directeurswoning van de fabriek “Grote Stoom” Het monumentale pand werd in 1919 door de gemeente Lonneker gekocht en in gebruik genomen als gemeentehuis ter vervanging van het oorspronkelijke gemeentehuis aan de Hengelosestraat tegenover de brandweer kazerne. De villa heeft tot 1934 dienst gedaan als gemeentehuis. In dat jaar werd Lonneker en Enschede bestuurlijk samengevoegd. Ludwig van Heek was een van de mede eigenaars van de textielfabriek van Heek & Co.

Na onenigheid binnen de familie van Heek voor wat betreft de opvolging besloot Ludwig in 1926 de textielfabriek L. van Heek en Zonen in Losser op te richten. Ludwig van Heek was vanaf 1927 eigenaar van het slot Goyen in zuid Tirol dat hij volledig liet restaureren.

Veel bekende Nederlanders logeerden in dit kasteel dat tot op dit moment nog steeds in bezit is van de familie van Heek.

De villa is een Rijksmonument.

 

Ludwig van Heek
ouders: Gerrit Jan van Heek en Christine Friederike Meier
geboren: Enschede 10-2-1871
overleden: Merano Italie 19-2-1931
begraven: Begraafplaats Haverriet in Driene
beroep: textielfabrikant
woonplaats / adres: aanvankelijk aan de Hengelosestraat te Enschede, later op het buitengoed "De Kotten" onder Lonneker. De Kotten zijn vermoedelijk indertijd gesticht door Othmar ten Cate. Tenslotte te Haaksbergen
relatie: trouwt Enschede 1-7-1896 met Catharina Maria van Heek
ouders: Helmich van Heek en Wilhelmina Margaretha Jannink
geboren: Enschede 30-8-1874
overleden: Haaksbergen 1-1-1950

 

 

De villa was vanaf 1935 het hoofdkantoor van de TET.

Villa De Wiem  aan de Hengelosestraat is een ontwerp van de architect Karel Muller [1857-1942]  en was oorspronkelijk eigendom van Ludwig van Heek. Ludwig van Heek was een van de mede eigenaars van de textielfabriek van Heek & Co. Het pand werd in 1919 door de gemeente Lonneker gekocht en in gebruik genomen als gemeentehuis ter vervanging van het oorspronkelijke gemeentehuis aan de Hengelosestraat tegenover de brandweer kazerne. De villa heeft tot 1934 dienst gedaan als gemeentehuis. In dat jaar werd Lonneker en Enschede bestuurlijk samengevoegd. Vanaf 1935 heeft de T.E.T. de villa in gebruik gehad als hoofdkantoor.
Momenteel (2020) wordt door aannemersbedrijf Haafkes de villa geschikt gemaakt voor een leefgemeenschap. Het interieur van de villa, voor zover nog origineel, zal gerestaureerd en behouden blijven. Naar verwachting zal de villa in de loop van de zomer van 2020 in gebruik worden genomen.

 

 

 

 

 

 

 

 

DSC04774
DSC04728
DSC04732
DSC04734
DSC04738
DSC04743
DSC04763
DSC04755
DSC04771
DSC04773
previous arrow
next arrow
Ludwig van Heek was vanaf 1927 eigenaar van het slot Goyen in zuid Tirol dat hij volledig liet restaureren. Veel bekende Nederlanders logeerden in dit kasteel dat tot op dit moment nog steeds in bezit is van de familie van Heek.
Goyen is een van de oudste kastelen in de omgeving van de stad Merano in zuid Tirol. Het is gelegen in Maia Alta/Obermais aan de voet van het Val di Nova/Naiftal en de Dolomieten. Het is gemakkelijk herkenbaar door zijn imposante toren. Het kasteel heeft achterpoortjes en de verlichting van een olifant op een hoeksteen. Een hoge ommuring loopt dwars door de toren . Volgens een legende uit de oudheid leefde in Castle Goyen vroeger een Romeinse veldheer genaamd Gaius , waaruit de naam Gaiano en later de naam Goyen van het historische gebouw ontstond. Het gebouw zoals het op dit moment  wordt gezien dateert uit de 12e Eeuw en was in die tijd in bezit van de Milsner familie. In 1384 verkocht de familie Milsner het kasteel aan Hans von Stark Mountain .

Een geschil tussen Frederik van de Lege Zakken en de olifant bracht de belegering van Petersburg Goyen met zich mee . In 1422 waren de Starkenberger en Campanians eigenaar van het kasteel. Toen deze generatie was gestorven werd in 1498 door de mannen van Botsch het bezit overgenomen.  Toen Hans Gaudenzdorfer , de laatste van Botsch overleed in 1647 verwierf de Angel van de Berg het kasteel. De laatste van deze familie stierf in een gevecht op de berg Isel . Sindsdien is het kasteel voortdurend van eigenaar verwisseld.

In 1927 kwam het kasteel in bezit van Ludwig van Heek textiel fabriekan uit Enschede, voornamelijk omdat de buitenlucht goed voor hem was, hij leed namelijk aan tuberculose. Zijn echtgenote Catrien van Heek – van Heek schreef vijf jaar voor de oorlog op 1 november 1935 vanuit het kasteel Goyen in Zuid Tirol aan haar dochter;
Toch moet het mij van het hart dat het moeilijke tijden zijn voor grootere gezinnen. Jij bent luxueus opgebracht, Jan evenzoo. Jan heeft zijne luxueuze genoegens en als de fabrieken niet zoo florissant zijn, en misschien ook niet worden weer, stemt dit tot nadenken. Maar nu het feit er is, zal ik grootmoeder Van Heeks woord aanhalen: het dertiende was mij even welkom als het eerste. Zulke woorden mogen in dezen tijd nog wel naklinken, waar de jonge vrouwen met kleine kinderen hun eigen leven wenschen te leiden en absoluut geen verantwoordelijkheid op zich willen nemen. Ik hoop maar zeer dat je je goed voelt en moet je je vooral niet teveel vermoeien en te veel uitgaan. Ook moet je me beloven niet meer te fietsen en vooral in geen geval Hermken meer achter op de fiets nemen. Dat je eene goede hulp bij de kinderen wilt nemen, juich ik zeer toe, maar waarom geen Hollandsche, van jouw standpunt zou ik in geen geval eene Duitsche bij de kinderen willen hebben. Zet een advertentie in de H.P. of De vrouw en haar huis, neem iemand die met kinderverpleging op de hoogte is, maar ook goed fröbelen en naaien kan. Je kunt immers je condities maken dat ze 's avonds met de kinderen vooruit eet en boven zit. Je moet haar echter niet met de meiden gelijk willen stellen, dat zou moeilijkheden geven. Wanneer ze fröbelen kan zal Hermken ook beter beziggehouden worden en zal hij niet ondeugend zijn en zijn tantes de bril van den neus slaan.
Vele groeten aan allen van oma Goyen
Bron: Horizon City

In de Tweede Wereldoorlog werd het huis geconfisqueerd door de nazi-architect Albert Speer.

Het microklimaat en de Duits-idolate Tiroler bevolking maakten de omgeving van Goyen geliefd bij de nazi's. Het is ook een van de schaarse plekken op aarde waar palmen groeien, Duits gesproken wordt en waar je je beschermd weet door besneeuwde bergtoppen.
Zuid-Tirol hoorde tot 1919 bij Oostenrijk en werd met het Verdrag van Saint-Germain aan Italië toegekend. In 1923 zette Mussolini de Italianisering van het gebied in. De Duitse taal werd verbannen; de naam van het kuuroord Meran veranderde in Merano. Ruim 75.000 Tirolers verlieten min of meer gedwongen het gebied. Toen de tweede wereld oorlog in 1940 uitbrak, moesten ook alle buitenlanders Zuid-Tirol verlaten. Ludwig van Heek werd opgehaald en naar Brussel gebracht.  Alleen Nettie van Gent, de degelijke Twentse hulp en getrouwd met een Tiroler bleef in het huis achter. Zij was voor de duvel niet bang en sprak in de oorlogsjaren de op Goyen kwartier makende soldaten streng toe. Ze dienden binnenshuis niet te schieten en het bezit van de familie Van Heek niet in hun legertrucks te laden en af te voeren.
Slot Goyen was geconfisqueerd en werd op de komst van Speer voorbereid. Hij kwam met zijn gezin in Merano aan. Prof. Dr. Gebhardt werd in het dorp ingekwartierd, de 25 SS'ers namen bezit van Goyen en Speer verbleef met zijn gezin in het pachtershuis dat onder het kasteel ligt. Het was destijds omringd door rijen wijnstokken. Vanaf het balkon keek Speer uit op slot Labers. Het ligt anderhalve kilometer van Goyen, lager op de helling. Labers is nu een hotel destijds was het een Befehlszentrum, de plek van waaruit 'Aktion Bernhard' werd gecoördineerd. Dat was de grootste vervalsingsonderneming in de geschiedenis, geleid door SS-majoor Bernhard Krüger met als doel de Engelse economie te  ontwrichten door het land te overspoelen met valse ponden. De biljetten zouden vanuit vliegtuigen uitgestrooid gaan worden.

Het Enschedese dienstmeisje Nettie hield de wind er goed onder bij de soldaten die op Goyen ingekwartierd zaten, maar bij de SS lukte dat niet. Ze verdreven de verveling in baldadigheid en schoten daarbij op een haar na de knecht van slot Labers dood, die de gewassen aan het besproeien was. De SS'ers doorzeefden met hun Mausers de vaten in de wijnkelder van Goyen, waardoor je in de kelder kon pootjebaden in Weißburgunder, Rheinriesling en Traminer. De SS'ers haalden vrouwen uit het dorp binnen de kasteelmuren en gooiden de poorten achter ze in het slot.
Speer verbleef zes weken op Goyen. In totaal was hij drie maanden uit de running. Göring, Himmler en Bormann lieten dat buitenkansje niet voorbij gaan en namen zoveel mogelijk van Speers macht over. Speer voelde zich meer en meer van Hitler verwijderd. Op 19 april 1944, een dag voor Hitlers 55e verjaardag, stuurde minister van bewapening en munitie Albert Speer vanuit Goyen zijn ontslagbrief naar Hitler.
Een dag na verzending van zijn bericht kreeg Speer op Goyen bezoek van industrieel Walter 'Panzer' Röhland die hem smeekte aan te blijven als minister. Later op de dag diende er zich een delegatie aan onder leiding van Feldmarschall der Luftwaffe Erhard Milchen. Die drong er eveneens op aan dat Speer zijn verzoek tot ontslag zou intrekken. Op Goyen sprak Speer daarop tegen de veldmaarschalk de historische woorden: 'Der Führer soll mich am Arsch lecken.'
Vier dagen later werd Speer door Dr. Gebhardt sterk genoeg bevonden om vanuit Goyen naar Hitler te worden gevlogen. In Hitlers huis De Berghof in Berchtesgaden - door het Engelse Homes & Gardens in 1938 beschreven als 'licht en luchtig' - werd Speer hartelijk ontvangen. Hij liet zich door Hitler inpakken en overhalen zijn ontslagbrief te verscheuren. Exact één jaar later, 24 april 1945, zouden de twee mannen elkaar voor het laatst zien, in de Führerbunker in Berlijn, vijf dagen voor Hitlers zelfmoord.
Merano werd na de oorlog het 'Eldorado voor collaborateurs' genoemd. De gevluchte nazi's vonden onderdak in de sanatoria, ziekenhuizen, pensions, hotels, boerderijen, kastelen en berghutten in en rond Merano. Zuid-Tirol was een safe haven. In april 1945 kwamen de families van prominente nazi's vanuit Obersalzberg bij Berchtesgaden naar Merano: de familie van Hitlers persoonlijke secretaris Martin Bormann en Emmy Göring, de tweede vrouw van Rijksmaarschalk Hermann Göring. Emmy Göring leefde vervolgens jaren in Merano. West-Europa werd overspoeld door vluchtelingen: oorlogsmisdadigers, nazi's, collaborateurs, gedeserteerde soldaten, Duitsers en anticommunisten die uit door Russen bezette gebieden vluchtten, dwangarbeiders, ontheemden, soldaten, overlevenden van de vernietigingskampen, Joden op weg naar huis en naar Israël.
Oma Scholten werd na de bevrijding in 1945 met de chauffeur en de Buick van een van haar broers naar Zuid-Tirol gestuurd om poolshoogte bij Goyen te gaan nemen. Het was direct na de oorlog lastig papieren en deviezen te krijgen maar via de internationale fabriekscontacten lukte dat. De tocht duurde een week. Europa lag in puin en de wegen waren vergeven van de checkpoints en controles.
Oma Scholten trof Goyen in redelijke staat aan. Nettie had de witte wijn uit de door de ss aan splinters geschoten wijnkelder inmiddels opgedweild. Amerikaanse soldaten wilden voorjaar 1945 Goyen leeghalen, maar Nettie maakte duidelijk dat de familie Van Heek aan de kant van de geallieerden stond. De commandant van de Amerikaanse troepen, kolonel Peter Skalkos, had zijn manschappen ervan weerhouden de huisraad in de legertrucks te tillen. Oma Scholten was hem innig dankbaar en in de naoorlogse jaren kwam de in Heidelberg gelegerde Skalkos nog meerdere malen met zijn bloedmooie dochter of maîtresse, dat was niet geheel duidelijk, in Twente op Het Bouwhuis logeren. Oma Scholten bleef een tijdje op Goyen voordat ze terugkeerde naar Nederland om haar moeder te vertellen dat zij met een gerust hart af kon reizen naar het familiehuis in Merano.
Toen oma Goyen enkele maanden later de tocht langs de ruïnes van Europa gemaakt had en zich op Goyen had geïnstalleerd, vroeg ze per brief aan oma Scholten of zij de set zilveren schalen met ingegraveerde S per ongeluk achtergelaten had. Oma zei dat zij een dergelijke zilver set nooit in haar bezit had gehad. Het drong tot mijn overgrootmoeder door dat het niet de S van Scholten, maar de S van Speer was.
Het was Ludwig van Heek die het kasteel geheel gerestaureerd heeft met respect voor het historische karakter.
Kasteel Goyen is een getuige van de 12e Eeuw , herbouwd in de 16e Eeuw , en is ongeëvenaard . Bij het Kasteel hoort 16 hectare wijnbouwgrond. De hellingen zijn verpacht aan omringende boeren maar de wijnranken zijn er niet meer. De pachtboer heeft er appelbomen geplant. Het systeem is opgebouwd rond de eenvoudige maar krachtige Romaanse donjon en is een van de best bewaard gebleven in het gebied van Merano . Zelfs vandaag de dag , is het paleis van het kasteel bewoond door de familie van Heek.
Ludwig van Heek overleed op  60 jarig leeftijd  op 19 februari 1931 in zijn kasteel Goyen.
Bronnen: Jaap Scholten Horizon City verschijnt op 12/4 bij AFdH Uitgevers. 480 pagina's, ruim 300 illustraties.
Hotel Labers, Merano. https://www.youtube.com/watch?v=-hiwOCqtvc4
Slot Goyen, Merano. https://www.youtube.com/watch?v=47AKyweGdns